Pashupatinath

De belangrijkste hindoetempel van Nepal staat aan de oevers van de heilige Bagmati-rivier, omringd door een bruisende markt met religieuze parafernalia.
De tempel ligt op slechts een paar honderd meter van het einde van de landingsbaan op Tribhuvan Airport en kijkt uit over een bijzonder vervuild stuk van de Bagmati. Pashupatinath is echter een belangrijke plek van hindoeïstische spirituele energie en is nauw verbonden met Shiva in de vorm van Pashupati, de Heer der Dieren.
Elders in Nepal wordt Shiva vereerd in zijn toornige vorm als de vernietigende Bhairab, maar in Pashupatinath wordt hij gevierd als Pashupati, Lord of the Animals. Er wordt gezegd dat Shiva hier langs de oevers van de Bagmati-rivier heeft gezworven in de vorm van een hert en een legende beweert dat de lingam van de hoofdtempel afkomstig is van de gebroken hoorn van het goddelijke hert.

Sadhu’s en aanhangers van Shiva komen vanuit het hele subcontinent naar Pashupatinath en veel Nepalezen kiezen ervoor om aan de oevers van de heilige rivier te worden gecremeerd. Zelfs de koningen van Nepal kwamen hier om een zegen van Pashupati te vragen voordat ze aan een belangrijke reis begonnen. De Dalit-gemeenschap (‘onaanraakbaren’) in Nepal kreeg pas in 2001 toegang tot het heiligdom.

De Pashupatinath-tempel werd gebouwd in 1696, maar het is al veel langer een plaats van hindoeïstische en boeddhistische aanbidding.
Niet-hindoes kunnen de hoofdtempel niet betreden, maar het omliggende complex van Shaivite-heiligdommen, lingams en ghats (stenen trappen) langs de rivier is fascinerend en zeer fotogeniek. Groepen fotogenieke sadhu’s hangen rond in de hoop wat geld te verdienen door te poseren voor toeristische foto’s.

Crematie Ghats
Ondanks de vervuiling is de Bagmati-rivier een extreem heilige rivier. Pashupatinath is het Nepalese equivalent van Varanasi aan de heilige rivier de Ganges. De crematie-ghats langs de Bagmati zijn belangrijk voor crematies in de open lucht. Na de aardbeving van 2015 brandden hier dag en nacht vuren.

Alleen leden van de koninklijke familie kunnen direct voor de Pashupatinath-tempel worden gecremeerd. De crematies van 10 leden van de Nepalese koninklijke familie vonden hier plaats na het bloedbad in 2001. Crematies van gewone Nepalezen vinden dagelijks plaats op de ghats ten zuiden van de tempel. Lijken worden in lijkwaden gewikkeld en langs de oever van de rivier gelegd, om vervolgens op een verrassend zakelijke manier op een houten brandstapel te worden gecremeerd.


De traditionele crematies vinden plaats op de rivieroever.
Op verschillende plekken zijn er platformen (ghat’s) beschikbaar waarop devote hindoes hun doden komen cremeren.  Hele families zakken naar de tempel af om de laatste eer te bewijzen aan hun overledene. Het lichaam wordt eerst ritueel gewassen in de rivier en dan in doeken gewikkeld op een brandstapel gelegd. De oudste zoon steekt traditioneel de brandstapel aan waarna het wachten is tot het hele lichaam verbrand is. Regelmatig worden door opzichters delen van het lichaam die van de brandstapel vallen er weer bovenop gelegd. Na de crematie wordt alle as in de heilige Bagmati geveegd zodat de overledene uiteindelijk in de heilige Ganges terechtkomt.